Guinea

1 april 2013 - Conakry, Guinee

24 maart 2013 t/m 13 april 2013

We hadden niet verwacht dat we door dit land zouden gaan reizen. Maar reizen is ook jezelf aanpassen aan de omstandigheden.Door de problemen in het noorden van Mali was dit deel van Afrika minder interessant voor ons geworden. Een route via Guinea bleek nog één van de weinige opties. Een land waar weinig toeristen naar toe gaan en waar niet veel informatie over te vinden is. Ondanks de minder positieve reisadviezen gaan we de uitdaging aan en het avontuur tegemoet...Enigszins onvoorbereid komen we dus aan de grens met Guinea. De grensposten van Senegal en Guinea liggen 34 kilometer uit elkaar en zijn verbonden door een prachtige nieuwe asfaltweg die door een heuvelachtig en groen landschap loopt. Ook deze formaliteiten verlopen probleemloos. De meeste tijd gaat zitten in het overschrijven van de paspoorten in een dik boekwerk. Nu nog een stempel bij de politie.Als laatste moet het carnet nog gestempeld worden. Dit doen ze 24 kilometer verderop bij een groot douanekantoor in de plaats Sambailo. De nieuwe asfaltweg loopt nog zo’n 100 kilometer door. In Koundara wisselen we geld en kopen we brood. Bij de plaats Boumeoul is het plotseling gedaan met het asfalt. De rode piste begint en het tempo zakt tot zo’n 15 kilometer gemiddeld per uur. Tot Mamou is nog 500 kilometer piste. Dat kan dus wel wat tijd gaan kosten! De gaten, gleuven en wasbordstukken drukken het tempo. De omgeving is erg mooi met veel groen en kleine dorpjes met traditionele rondhutten. De tijd lijkt hier stil te staan. Tussen de hutjes wordt gekookt en scharrelt het vee. De bewoners zijn verrast ons te zien en zwaaien enthousiast als we langsrijden. Ook moeten we nog een rivier oversteken. Dit gebeurt hier nog met een handbediende pont. Er wordt door 2 personen aan een groot wiel gedraaid waardoor de pont aan een ketting naar de andere kant getrokken wordt.

05. Sita

Als we in de buurt van de regio Fouta Djalon komen wordt het steeds heuvelachtiger. De steile klimmetjes zijn lastig omdat de piste deels is weggespoeld door de regen. De weg wordt in dit deel ook erg smal. In de buurt van Labé willen we wat watervallen bezoeken maar het formaat van onze auto weerhoud ons ervan. De bruggetjes zijn te smal en de overwoekerde paden zijn te grote hindernissen. Terwijl we een andere weg zoeken naar de Sala watervallen dwalen we alleen maar verder af. Vlakbij Timbi Madina stopt een landcruiser naast ons. Een Amerikaan spreekt ons aan. Hij is verrast om blanken te zien. We vertellen hem over onze zoektocht naar de watervallen maar al snel blijkt dat zelfs landcruisers moeite hebben daar te komen vanaf deze kant. Hij blijkt vlak om de hoek te wonen en nodigt ons uit bij hem en zijn gezin de nacht door te brengen. We kunnen onze auto voor zijn deur (bewaakt) parkeren. Na een gezellige avond en een rustige nacht vertrekken we de volgende dag via Labé naar Mamou. Hier tanken we nog 400 liter diesel. Kosten 4 miljoen franc! Het grootste biljet hier in Guinea is 10.000 franc dus het was een heel pakket geld! In Mamou kunnen we voor een aantal nachten bij een school voor bosbouw staan. Ondertussen kunnen we steeds moeilijker aan verse groenten en fruit komen. Het was ons al verteld, maar als je er mee geconfronteerd wordt blijkt pas hoe eenzijdig het aanbod op de markten is. Naar mate we zuidelijker komen wordt het nog minder. We rijden de route Mamou via Kankan naar Nzérékoré. De wegen zijn niet best. Tussen Mamou en Kankan ligt een asfaltweg maar deze is zo slecht dat we vaak de 20 kilometer per uur niet halen. Diepe gaten in het asfalt verspreid over de hele breedte van de weg. Op grote stukken zijn er meer gaten dan asfalt. We zijn wat ongerust over onze banden door de scherpe randen van de gaten in het asfalt. De eerste dag leggen we 160 kilometer af; en dat na 9 uur sturen….De tweede dag lijkt de weg wat beter maar helaas was dit van korte duur, alleen de eerste paar honderd meter. We verwachten drie dagen te doen over de 380 kilometer naar Kankan maar bij de plaats Koudousa verandert de weg plotseling van een drama in een droom! Spiegelglad asfalt voor de laatste 90 kilometer. In Kankan eerst maar eens even wat uitrusten. Kankan is een universiteitsstad dus moet er ook internet te vinden zijn. Met onze laptop onder de arm gaan we op zoek naar een internetcafé. Dat viel nog niet mee. Eerst worden we naar de universiteit doorverwezen. Daar zou internet zijn. We worden vriendelijk te woord gestaan en doorverwezen naar een ander gebouw. Afdeling informatica zou internet hebben. Op de tweede verdieping van een kaal betonnen gebouw ziijn wat ruimtes met computers, maar op dit moment doet het internet het helaas niet. Weer buiten lopen we langs studenten die met oude kleurenprinters-scanners wat geld proberen te verdienen. Deze verwijzen ons naar een internetcafé tegenover de Banque Central. Het lijkt erop dat dit het enige internetcafé in de stad is. Na een lange zwerftocht door de stad vinden we deze. Het internet is erg traag en regelmatig valt of het internet of de stroom uit. We hebben twee volle uren nodig om te skypen en om wat bankzaken te doen. Maar gelukkig is het weer gedaan! De markt in Kankan is een ander verhaal. Wat een spektakel! We vinden zowaar wat aardappels en uien en kopen wat pindapasta die hier in grote pannen gekookt en verkocht wordt. Het beperkte aanbod van groenten is gedeeltelijk al verrot maar wordt blijkbaar toch nog verkocht. Alleen niet aan ons! De stalletjes staan zo krap op elkaar dat we er alleen zijwaarts tussendoor kunnen en dan ook nog half gebukt omdat de afdakjes van golfplaten ook erg laag zijn. Maar wat een kleur- en geurrijke mensenmassa!

22. Kankan

Vanuit Kankan gaan we richting Nzérékoré over een stuk onverharde weg door een schitterend landschap. Groen en heuvelachtig en het laatste stuk door een dicht woud. Ook op dit stuk ligt het tempo laag. Grote met water gevulde gaten in de weg en soms dieper dan verwacht. De laatste paar avonden is het gaan regenen en daar knapt de weg niet van op. We komen op plekken met erg veel blubber en her en der staan gestrande vrachtwagens. Een stuk voorbij Nzérékoré, vlak voor de grens met Liberia, ligt het dorpje Bossou. Japanners hebben hier een onderzoekscentrum voor chimpansees opgezet. Dit centrum geeft bezoekers de mogelijkheid chimpansees in het wild te bezoeken. Het is een net gebouwencomplex wat tegen de jungle is aangebouwd. We kunnen er parkeren voor twee nachten en de volgende morgen vertrekken we met drie gidsen richting een heuvel waar de chimpansees moeten zitten. Een steile klim door het dichte oerwoud. Struikelend over boomwortels en glibberend door de blubber komen we boven. Een gids wijst naar boven. In een boom beweegt een zwart stipje op een tak. Een chimpansee dus. De gidsen laten ons naar boven turen en gaan gezellig kwebbeld bij elkaar op de grond zitten. De aap zit erg ver weg en slechts met een telelens of verrekijker is hij of zij te zien. Als de aap naar beneden klimt blijken er drie te zitten. Stilletjes verdwijnen ze en enigszins teleurgesteld zijn we binnen 1,5 uur zijn weer terug in het centrum. Toegegeven we hebben ze gezien in het wild maar 110 Euro voor een korte wandeling is wel wat overdreven.

33. Bossou

De volgende dag vertrekken we richting Ivoorkust. Een schitterende route door prachtige bamboebossen met een rivier doorwading en bruggetjes van bedenkelijke kwaliteit. Een super afsluiting van een paar weken reizen door dit fantastische gastvrije mooie land!

Gereden route Guinea, 24 maart t/m 13 april 2013 (1.470 kilometer)

Guinea_route

Foto’s